Waterschappen streven naar klimaatneutraliteit in 2035

De waterschappen hebben op 14 oktober bekend gemaakt te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Zij leggen daarmee de lat voor duurzaamheid hoger dan de landelijke ambities en hopen andere partijen te inspireren.

In de op 14 oktober vastgestelde strategische visie ‘Op weg naar klimaatneutraliteit’ zeggen alle 21 Nederlandse waterschappen hun klimaatvoetafdruk nog beter in beeld te zullen brengen en te streven naar klimaatneutraliteit in 2035. Daarbij kijken ze naar de broeikasgassen die het waterschap zelf veroorzaakt, waaronder lachgas en methaan op de rioolwaterzuiveringen. En naar de uitstoot van derden die in opdracht van het waterschap werken. Ook streven zij naar beperking van de emissies van broeikasgassen in hun omgeving, zoals uit veenweiden, oppervlaktewater en waterbodems.

Een tussenstap is de energieneutraliteit die de waterschappen voor 2025 als sector al hebben afgesproken in het klimaatakkoord van 2019. Door zo min mogelijk energie te verbruiken en zoveel mogelijk duurzame energie zelf op te wekken, bijvoorbeeld uit rioolwater. En terreinen ter beschikking te stellen voor zonnepanelen en windmolens. Goede voorbeelden zijn de versnelde productie van groen gas en innovaties zoals groene waterstof op de rioolwaterzuivering.

De waterschappen beschikken over meer dan 300 rioolwaterzuiveringen en beschouwen die steeds meer als een slim lokaal energiesysteem. Ook aquathermie – het duurzaam verwarmen en koelen van woningen met water – heeft een grote potentie. Het potentieel aan duurzame bronnen waarover de waterschappen beschikken overstijgt de eigen energiebehoefte. Vanuit hun maatschappelijke verantwoordelijkheid willen waterschappen deze bronnen inzetten en zo actief bijdragen aan klimaatneutraliteit in de regio.

Grondstoffenverbruik houdt een rechtstreeks verband met energieverbruik en dus met klimaatbeleid. Door in te zetten op het gebruik van duurzamere materialen, gebruiken waterschappen minder energie en fossiele brandstoffen, waardoor minder CO2-uitstoot plaatsvindt. En dit remt de uitputting van grondstoffen. Bijvoorbeeld door bij het versterken van dijken grond uit de regio opnieuw te gebruiken of onderdelen van zuiveringsinstallaties te hergebruiken. Dat is circulair en levert ook CO2-besparing op omdat er minder transport nodig is.

Foto: UVW

Meer bij UVW>