Rapport: Naar een effectieve aanpak van funderingsproblematiek

In de afgelopen jaren is de aandacht voor funderingsproblematiek in Nederland sterk toegenomen, waarbij de droogte van de afgelopen jaren een belangrijke rol heeft gespeeld. Hoewel er al veel bekend is over de problematiek rondom funderingen en de aanpak ervan, valt er tegelijkertijd ook nog ontzettend veel te leren. In een nieuw rapport van TNO en Deltares in opdracht van RVO en BZK, ‘Naar een kennisagenda funderingsproblematiek’, wordt de omvang en aard van de problematiek in Nederland geduid, en wordt een eerste schets gegeven van een kennisagenda voor een effectieve aanpak van de problematiek.
Funderingsproblematiek raakt veel partijen. In de eerste plaats de eigenaar van het pand, die zelf verantwoordelijk is voor de fundering. Herstel van de fundering is echter vaak complex en kostbaar. Bovendien is het vaak moeilijk voor een individuele eigenaar zelf iets te doen aan het voorkomen van schade. Overheden kunnen faciliteren in het herstelproces en soms in de preventie van schade. Voor een goede aanpak van de problematiek is het nodig zicht te hebben op waar welk soort funderingsproblematiek precies speelt, hoe snel de achteruitgang verloopt en wat daarin bepalende factoren zijn. Om tot een effectieve aanpak te komen is er een behoefte vanuit overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen om bestaande kennis bij elkaar te brengen, te ontwikkelen en af te stemmen. Een gezamenlijke kennisagenda helpt om centrale coördinatie bij de kennisaanpak van funderingsproblematiek  te realiseren, versnippering tegen te gaan en een meerwaarde te bieden voor alle partijen die te maken hebben met de problematiek.

In het rapport werken TNO en Deltares uit wat er nu feitelijk bekend is over de orde van grootte en spreiding van funderingsproblematiek in Nederland. Daarnaast geven ze een eerste schets van kennisvragen waarmee gezamenlijk aan een effectieve aanpak van funderingsproblematiek kan worden gewerkt. De onderzoekers onderscheiden drie rode draden in de kennisvragen rondom funderingsproblematiek. Ten eerste verbetering van inzicht in aard, omvang en spreiding van de funderingsproblematiek. Deze kennis is van meerwaarde om een inschatting te maken van de urgentie, mate en wijze waarop lokale en of centrale overheden beleidsmatig kunnen faciliteren. Ten  tweede nieuwe technieken en richtlijnen om data en informatie te verzamelen en te ontsluiten, zodat er een gezamenlijke database met basisdata ontstaat. Als derde de (door)ontwikkeling van nieuwe concepten voor herstel en preventie.

De beschikbare studies en rapporten die een uitspraak doen over de ordegrootte van de problematiek in Nederland zijn niet eenduidig. Hoewel het beeld over de ordegrootte van de problematiek dat uit de studies naar voren komt divers is, duiden alle studies ondanks grote onzekerheidsmarges op een grote schadepost. Ook laten de studies zien dat schade aan  funderingen niet alleen lokaal of regionaal speelt, maar in het hele land voorkomt. De aard en oorzaak van funderingsproblemen verschilt per regio. Daarbij is de gedeelde verwachting dat de problematiek toeneemt in ernst, onder andere door een veranderend klimaat. De verwachte schade die in verschillende studies wordt gerapporteerd heeft met 5 – 60 miljard euro tot 2050 een grote spreiding. Experts uit het veld schatten de daadwerkelijke opgave tot 2050 op 20 à 30 miljard euro, mits maatregelen worden genomen om schade zo veel mogelijk te voorkomen.

Het rapport Rijksprogramma Aanpak Funderingsproblematiek is gemaakt in opdracht van het Rijksprogramma Aanpak Funderingsproblematiek (RVO/BZK). Met het Rijksprogramma Aanpak Funderingsproblematiek (RPAF) zet de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) zich in voor het verbeteren van de kennis over funderingsproblematiek in  Nederland en de aanpak daarvan.

 

Deltares>