Prinsjesdag: nieuwe investeringen in toekomstbestendige infra
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wil Nederland bereikbaar, veilig en leefbaar houden. Voor 2023 is daarvoor € 12,9 miljard beschikbaar, zo bleek tijdens Prinsjesdag 2022, 20 september.
In de nieuwe begroting voor Infrastructuur en Waterstaat sprongen er vier investeringen voor 2023 uit: onderhoud, bereikbaarheid van woningen, veiligheid op de weg en beter milieutoezicht.
Het ministerie trekt het komende jaar € 4 miljard uit voor onderhoud aan infrastructuur. Er gaat € 2 miljard naar spoor, € 1 miljard naar wegen, € 500 miljoen naar vaarwegen en € 500 miljoen naar waterbeheer zoals dijken.
Als het gaat om woningen wil het kabinet de komende jaren veel nieuwe woningen bouwen, zodat starters weer een kans maken en jonge gezinnen kunnen doorstromen op de woningmarkt. Nieuwe woonwijken moeten goed bereikbaar zijn. In 2023 is daarvoor € 900 miljoen vrijgemaakt. Bovendien komt in het najaar daar nog geld bovenop naar aanleiding van de MIRT-overleggen. Dat geld gaat naar het verbeteren van bestaande wegen of OV-verbindingen, maar ook naar ideeën vanuit gemeenten.
Het ministerie investeert komend jaar 25 miljoen in meer veiligheid op Rijks-N-wegen. Op N-wegen vallen relatief veel verkeersslachtoffers. Door bijvoorbeeld de berm aan te pakken, kan de veiligheid op de weg volgens het ministerie beter worden. Ook na 2023 is daarvoor geld beschikbaar. De totale investering bedraagt € 200 miljoen euro over de periode 2023 tot en met 2026.
I&W investeert 18 miljoen euro voor het versterken van het stelsel van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH). Vergunningverlening en het toezicht op milieugebied gebeurt in Nederland vooral door provincies en gemeenten die hiervoor omgevingsdiensten inzetten.
Foto: GOWA, Civiele Techniek nummer 4 2022