Overheid wil minder goederenvervoer via de weg
Met een impuls van €40 miljoen euro voor goederenvervoer stimuleert minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) een zogeheten modal shift. De minister wil hiermee dat het transport van goederen de komende jaren minder via de weg gaat, maar vaker over water, via spoor en door buisleidingen. Dit staat in de Goederenvervoeragenda die zij vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
De Goederenvervoeragenda bevat afspraken die de minister samen met de Topsector Logistiek en Logistieke Alliantie heeft gemaakt over efficiënter en schoner goederenvervoer. Naast de verplaatsing van weg naar water en spoor, wordt ook gewerkt aan digitalisering waarmee het transport straks slimmer en efficiënter van A naar B gaat.
Goederentransporten moeten tijdig en voorspelbaar zijn, zelfs bij verstoringen. Dit kan alleen als optimaal gebruik wordt gemaakt van verschillende vervoerswijzen zoals de binnenvaart, het spoor en buisleidingen. Om deze modal shift te stimuleren wordt gebruik gemaakt van goederencorridors. Binnen deze corridors kunnen verschillende transportstromen op een efficiënte manier aan elkaar worden gekoppeld, vrachten worden gecombineerd en capaciteit beter worden benut. De Goederenvervoeragenda zet ook in op verdere digitalisering van het transport. Zo vindt er binnen goederencorridors uitwisseling van data plaats tussen verkeersmanagementsystemen en voertuigen om de beschikbare transportmiddelen optimaal te benutten. Als chauffeurs bijvoorbeeld beschikken over informatie over bijvoorbeeld milieuzones en venstertijden kunnen ze gerichter hun ritten plannen.
ProRail, NS, het Rijksvastgoedbedrijf en de gemeente Utrecht tekenden woensdag 10 juli een overeenkomst om te onderzoeken of er woningen, hotels en kantoren boven het spoor bij Utrecht Centraal kunnen worden gebouwd. Bouwen boven het spoor en dichter bij stations biedt grote kansen voor de toekomst. Daarbij moet wel rekening worden gehouden met de leefbaarheid van de toekomstige omwonenden.
Ook in Amsterdam, bij Den Haag Centraal en in Rotterdam zijn ideeën om te bouwen boven het spoor en dichter op stations. Het geld dat NS, ProRail en gemeenten met de kantoren en hotels verdienen, wordt aanwendt om stations en stationsgebieden te moderniseren.
Alleen al bij Utrecht Centraal is boven de sporen ruim vijftien voetbalvelden aan ruimte voor ontwikkeling.