‘Trein wint terrein bij goederenvervoer’

Foto: ProRail

Partijen die zijn betrokken bij het goederenvervoer over het spoor hebben met Staatssecretaris Stientje van Veldhoven overeenstemming bereikt over een maatregelenpakket om het spoorgoederenvervoer nog duurzamer en aantrekkelijker te maken. Hierin zijn onder andere maatregelen vastgelegd voor een flinke verlaging van de gebruiksvergoeding, de inzet met betrekking tot het Europese spoorveiligheidssysteem ERTMS en verbetering van de leefomgeving voor omwonenden langs het spoor. Het maatregelenpakket maakt modal shift mogelijk en is daarmee in lijn met de klimaatdoelstellingen en het Regeerakkoord.
Het pakket is vastgesteld in overleg met de spoorgoederentafel, waar verladers, spoorvervoerders, terminals, havens, spoorinfrastructuurbedrijven, ProRail en het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat overleggen over de toekomst van het transport over het spoor.  

Het brede pakket van maatregelen bevat financiële en technische oplossingen voor het spoorgoederenvervoer. Een aantal voorbeelden:

  • Tot en met 2023 wordt jaarlijks een bedrag van 12 tot 14 miljoen euro subsidie beschikbaar gesteld, zodat de netto gebruiksvergoeding flink verlaagd wordt en op een vergelijkbaar niveau komt als in Duitsland (Maatregel wordt in 2021 geëvalueerd).

  • Er wordt gekeken naar aanpassingen die het mogelijk maken om te gaan rijden met langere treinen, tot een lengte van 740 meter.

  • Voor de invoering van het nieuwe beveiligingssysteem ERTMS spant het kabinet zich in om nationale en Europese fondsen te benutten en de complexe transitie naar ERMTS zodanig vorm te geven dat deze een gezonde groei van het spoorgoederenvervoer mogelijk maakt.

Er wordt samengewerkt om het spoorgoederenvervoer in havengebieden efficiënter te maken, stiller materieel en hybride locomotieven in te zetten en onderzoek te doen naar mogelijkheden voor trillingsarme draaistellen.    
De leden van de spoorgoederentafel willen met deze en andere maatregelen de omvang van het goederenvervoer per spoor te laten groeien van 42 miljoen ton (2016) naar 54 -61 miljoen ton in 2030.

Meer bij het ministerie van I&M>