Kabinet pleegt roofbouw op Nederlandse infrastructuur

                                

28 maart 2013 – Op het Infrastructuurfonds is een forse aanslag gepleegd. Nadat het Gedoogakkoord in 2010 al 15 miljard bij infrastructuur heeft weggehaald, onttrekt dit kabinet nog eens € 11 miljard euro. De opeenstapeling aan bezuinigingen op de infrastructuur tot en met 2028 (einde MIRT) vormen samen het enorme bedrag van 26 miljard euro. ‘De begin maart toegezegde 300 miljoen euro voor infrastructurele projecten, is dus eigenlijk een bijzonder kleine pleister op een wond die steeds groter wordt,’ vindt Bouwend Nederland-voorzitter Elco Brinkman.

 Op 8 april 2013 vergadert de Tweede Kamer over de meest recente bezuinigingsvoorstellen. ‘Wat politieke partijen mogelijk niet beseffen is dat de toegezegde eenmalig impuls van 300 miljoen in 2014 volledig teniet wordt gedaan door de in hetzelfde pakket opgenomen maatregel om de inflatiecorrectie op het infrastructuurfonds niet uit te keren. Dat leidt ertoe dat alsnog jaarlijks 160 miljoen euro wordt bezuinigd op investeringen in de wegen, het spoor, de vaarwegen en bescherming tegen water. Dat telt tot en met 2028 op tot een extra bezuiniging van 2,6 miljard.’

 

‘Ik begrijp dat we allemaal de broekriem moeten aanhalen, maar hiermee spant het Kabinet het paard achter de wagen’, zegt Brinkman. ‘De rek is al uit de infrabudgetten, door de eerdere stapeling van bezuinigingen. Er zijn al ruim 40 projecten ernstig vertraagd en dat zullen er nu alleen maar meer worden. Nieuwe bezuinigingsmaatregelen kosten ons nog eens 160 miljoen euro per jaar! Oftewel: wéér een verlies van 1000 manjaren aan werk. De argumentatie dat dit nodig is om het Rijkstekort terug te dringen volg ik niet: 160 miljoen draagt voor nog geen 0,04% bij aan het terugdringen van de totale schuld van Nederland! Dit middel is erger dan de kwaal.’

Waar de ons omringende landen extra investeren in infrastructuur en het IMF recent heeft aangegeven dat extra bezuinigingen niet nodig zijn, draait het kabinet de kraan om te investeren in één van de belangrijkste verdiencapaciteiten van Nederland verder dicht. Verbeteringen aan het spoor komen door minder investeringen niet op gang en de reiziger staat in de kou. ‘Met een goede infrastructuur kunnen we juist geld verdienen. De effecten van deze opeenstapeling van bezuinigingen op infrastructuur, tot en met 2028 nu al € 26 miljard, worden zwaar onderschat,’ zo meent Brinkman.

Lees het hele bericht op de site van Bouwend Nederland>