Advies: ‘Stop bodemdaling in veenweidegebieden’
Bodemdaling in veenweidegebieden zorgt voor steeds meer problemen. Het kabinet moet dat tegen gaan, bijvoorbeeld door op landelijk niveau doelen voor de afname van bodemdaling vast te stellen. Dit adviseert de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) in haar advies ‘Stop bodemdaling in veenweidegebieden: het Groene Hart als voorbeeld’ dat op 3 september 2020 is aangeboden aan de ministers van BZK en LNV.
In landelijke veenweidegebieden daalt de bodem. Dit komt doordat het grondwaterpeil wordt verlaagd om intensief landbouwgebruik mogelijk te maken. Verlaagd waterpeil leidt tot veenoxidatie, met bodemdaling als gevolg. Dat geeft aanleiding tot verdere verlaging van het waterpeil en daarmee tot verdere oxidatie van het veen. Deze neergaande spiraal moet volgens de raad worden doorbroken. Bodemdaling heeft nadelige effecten (onder andere voor natuur- en waterkwaliteit) en het leidt tot oplopende kosten voor waterbeheer. Met het oog op het tegengaan van de klimaatverandering is terugdringing van de bodemdaling zelfs onvermijdelijk. Bij de oxidatie van veen komt CO2 vrij, terwijl die uitstoot volgens het Klimaatakkoord van Parijs en de nationale Klimaatwet de komende dertig jaar juist sterk moet worden beperkt (voor Nederland met 95 procent in 2050 ten opzichte van 1990).